Vicieuze cirkel

Nog achtendertig dagen en dan komen mijn zusjes vanuit Zwitserland weer terug naar Spanje. Zowel bij hen als bij mij staat de widget, die de dagen (mijns inziens te) langzaam aftelt, weer op de telefoon. Ik kan namelijk niet wachten. Want hoewel ik het reuze gezellig vind met alle gasten die wij mogen ontvangen, is het natuurlijk nog veel gezelliger als ik alles weer samen met hen mag doen.

“Is het dadelijk dan niet weer wennen – op het moment dat je ineens weer samen verantwoordelijk bent voor het runnen van de B&B?”, vragen gasten mij echter zo nu en dan. “Natuurlijk!”, antwoord ik dan. Het kost altijd even tijd om weer een nieuwe routine te ontwikkelen. Na anderhalf jaar alles voor een groot deel alleen te hebben gedaan, is het niet gemakkelijk om van de ene op de andere dag weer een deel uit handen te moeten geven. Maar daarom is het belangrijk dat we elk ons eigen stukje hebben. Want hoewel er nu veel goed gaat en ik veel dingen heel erg leuk vind om te doen, ben ik niet overal even goed in. Vooral niet als ik mijn aandacht over vijfentwintig verschillende zaken tegelijkertijd moet verdelen. Dan zijn er dingen die er af en toe bij inschieten. En dan doel ik met name op het onderhouden van de tuin.

Want waar ik wel heel bedreven ben in het schoonmaken van zowel het huis als de kamers (iets dat ik over het algemeen genomen ook heel leuk vind om te doen), ben ik helaas geen plantenfluisteraar. Sterker nog: ik vrees dat ik in al mijn enthousiasme om het stukje tuin voor ‘jefa de jardín’ (Suzanne) net zo goed te onderhouden als het stukje huis voor ‘jefa de limpieza’ (Noëlle), wellicht een tikkeltje te ver ben gegaan. Want in een poging om de bladluizen voorgoed naar de plantenhel te verbannen, vrees ik dat ik ook een deel van de planten zélf voorgoed om zeep geholpen heb. En hoewel mijn ouders mij op het hart drukken dat dat aan de tijd van het jaar ligt en de planten er binnen no-time weer gezond en wel uit zullen zien, ben ik nog niet overtuigd.  

En nu denkt u wellicht, terwijl u mijn relaas al zittend in uw eigen prachtige, bloemrijke tuin leest, zo moeilijk kan het toch niet zijn? Nou wel in mijn geval. Zelfs de cactus van mijn zusje heeft het niet overleefd. Nou wel, de helft dan. Want waar de ene helft nog steeds fris en groen is, kan ik de andere helft waarschijnlijk beter gebruiken ter decoratie van het huis gedurende Halloween. Het is dan ook niet voor niets dat Noëlle en ik vorig jaar bij Ikea nog een aantal goedkope nepbloemen op de kop hebben getikt. “Ze doen het goed hè?”, zegt ze dan ook trots, als deze er na een maand nog net zo fris en fruitig bij staan als na aankoop. Ook ik knik trots. Onze moeder, die onze trots niet deelt, vraagt zich alleen maar af waarom ze in godsnaam in het water staan. Wat wil je dat ik daar op zeg? Dat spreekt vanzelf neem ik. Dan lijkt het – uiteraard – net echt.

Maar omdat er waarschijnlijk, net als onze moeder, geen gast is die dat gelooft, hoop ik dat de sip uitziende – maar wel échte – buitenplanten zich snel zullen herstellen. Ze hebben nog een dikke maand de tijd tot dat de baas thuis komt. Hopelijk doet een beetje zonlicht en een hoop positieve vibes wonderen. En zo niet? Dan kan ik als ‘jefa de finanzas’ maar het beste een beetje extra budget voor de tuin uittrekken. Dan is ‘jefa de jardín’ hopelijk niet al te teleurgesteld als ze weer thuis komt. En als iemand toevallig nog weet waar ik een paar groene vingers kan kopen is het helemaal top! Want anders vrees ik dat we in deze vicieuze cirkel blijven steken.